Direct naar paginainhoud

Funderen

De benodigde hoeveelheid sonderingen

Volgens Eurocode 1997, art 3.2.3 – lid 6e geldt:
Gemiddelde onderling maximale afstand agem van de sonderingen varieert van 15, 20 en 25 meter; afhankelijk gesteld van de variatie in de ondergrond.

•als∆Rc;cal ≤0,3×Rc;cal;gem,danisagem ≤25x25m •als∆Rc;cal ≤0,4×Rc;cal;gem,danisagem ≤20x20m •als∆Rc;cal≤0,5×Rc;cal;gem,danisagem ≤15x15m.

Waarin:

  • ∆Rc; cal = het verschil tussen hoogste en laagste waarde van de maximumdraagkracht van de paal of palen onder het bouwwerk of deel van het bouwwerk, voor eenzelfde paalpuntniveau)
  • Rc; cal; gem = de gemiddelde waarde van de maximumdraagkracht van de paal of palen onder het bouwwerk of deel van het bouwwerk, voor eenzelfde paalpuntniveau

Toepasbare paaltypen

Volgens Eurocode 1997, art. 7.6.2.3, lid 10 (f), met verwijzing naar tabel 7.c : Uit de tabel zijn 3 hoofdgroepen op te maken:

  • Palen met grondverdringing (betonpalen, Vibro, houten palen, stalen buispalen)
  • Palen met weinig grondverdringing (Micro)
  • Palen gemaakt met grondverwijdering (Avegaar)

Advies van de gemeente

Alleen grondverdringende geheide palen toepassen.
Het draagvermogen van de geheide paal is beter controleerbaar d.m.v. het kalenderen, vooral bij wisselende zandlagen. Dit komt het totale heiwerk ten goede en verkleint de kans op vertragingen in het heiwerk. 
Indien (grondverdringende) boorpalen worden toegepast is controle slechts mogelijk door per paal na te sonderen en/of proefbelasting uit te voeren.

Houten palen met betonopzetter worden vrijwel niet toegepast omdat het grote aandeel in negatieve kleef het draagvermogen aanzienlijk reduceert. Voor tijdelijke constructies of lichte kasconstructies kan dit paaltype wel toegepast worden.

Rekenmethode voor drukpalen

Volgens Eurocode 1997, art. A.3.3.3

Voor het bepalen van het draagvermogen van palen wordt gebruik gemaakt van de correlatiefactoren ξ3 (voor Rc;cal;gem) en ξ4 (voor Rc;cal;min). Deze, van het aantal sonderingen en wel/geen stijf bouwwerk afhankelijke waarden, die variëren van 0,91 t/m 1,39, zijn te vinden in de Eurocode 1997 in Bijlage A – Tabel A.10a en A.10b. Toepassing van deze tabellen geldt alleen als de variatiecoëfficiënt van de draagkracht van de paal binnen een groep van sonderingen kleiner is dan 12%.

Advies van de gemeente Almere:

Binnen het gemeentelijk grondgebied zal al gauw blijken dat hieraan niet voldaan kan worden, vandaar dat geadviseerd wordt te rekenen op basis van een enkelvoudige sondering:

  • ξ3 = ξ4 =1,39
  • ξ3 = ξ4 =1,26 (voor stijf bouwwerk)

Omdat de tussenlagen van de ondergrond waaraan palen hun schachtdraagvermogen zouden kunnen ontlenen (soms onverwachts!) een heel wisselend karakter kunnen hebben, wordt geadviseerd voor op druk belaste palen het schachtdraagvermogen te beperken tot 75 % van het puntdraagvermogen:

Rs;cal ≤ 0,75 * Rb;cal -> komt overeen met R b;cal ≥ 0,57 (Rb;cal + Rs;cal)

Enerzijds voorkom je hiermee dat deze palen grotendeels of volledig op kleef ‘weggezet’ worden in wisselende, risicovolle tussenlagen; anderzijds wordt je ‘gedwongen’ voor de paalpunt een redelijke zandlaag op te zoeken waaraan tijdens het heien een interpreteerbare kalender kan worden ontleend.

In bepaalde delen van Almere kan de draagkracht van tussenlagen met een lossere pakking tijdens het heien aanzienlijk teruglopen.

Horizontale paalbelastingen

Volgens Eurocode 1997:

Te rekenen op de werkelijk optredende belastingen als gevolg van windbelastingen, maaiveldophoging en/of ontgraving en het squeezing-effect.

Advies van de gemeente Almere:

Randpalen van bedrijfsgebouwen met de mogelijkheid van langdurig opslag en zwaar verkeer langs het bouwwerk moeten minimaal een buigend schachtmoment, met een rekenwaarde van 35 kNm vermenigvuldigd met de schachtomtrek in meters, kunnen opnemen.

Eventueel kan door berekening worden aangetoond dat met lagere momentwaarden kan worden volstaan.

Funderen op staal

Bij lichte bouwwerken met een tijdelijke functie zoals noodgebouw, bouwkeet en portacabin is het mogelijk op staal te funderen. Voor alle andere bouwwerken wordt funderen op staal sterk afgeraden in verband met sterke grondzettingen en mogelijke scheefstand door ongelijkmatige zettingen.

Grond- en waterkering

Volgens Eurocode 1997, art. 2.4.5.2 (12) en tabel 2.b:

Voor klei en veen kunnen verschillende parameters worden aangenomen.

Advies van de gemeente Almere:
T.a.v. de keuze voor de grondeigenschappen is organisch slap het meest realistisch. Aan te houden karakteristieke waarden voor de passieve zijde van de grondkering:

Klei      y= 14 kN/m3             ’= 15

Veen    y = 11 kN/m3 ’= 13

Hogere waarden dienen door onderzoek te worden aangetoond.
NEN-EN is niet consequent met de omschrijving van de karakteristieke waarde van φ’. Hier wordt eigenlijk φ’k bedoeld, zie art. 1.6 – symbolen.

Opmerking: Steunbermen mogen alleen worden meegerekend als verticale bovenbelasting; evt. geleverde steundruk uit steunbermen dus niet meenemen, tenzij deze een permanente karakter hebben, d.w.z. niet per abuis te verwijderen zijn.

Voor damwand- of keermuren kan de rekenmethode uit het CUR-Rapport 166 – Damwandconstructies worden gevolgd.

Heiwerk

Het heiwerk mag niet worden onderschat; deskundig toezicht is zeer gewenst om tot een goede uitvoering van het heiwerk te komen. Anderzijds kan men ook zeggen: “de heiresultaten mogen niet overschat worden”. Hieronder een aantal tips bij de voorbereiding en uitvoering om te komen tot een goed heiwerk:

  • Voor aanvang van het heiwerk dient de medewerker van het gemeentelijk toezicht op de hoogte te worden gesteld (min. 2 werkdagen);
  • Het heiblok dient afgestemd te worden op het paaltype en de sonderingen;
  • Uitgangspunt hiervoor is een interpreteerbare kalender (min. 15 slagen per 25 cm t.p.v. de minste sondering);
  • Bij de meeste heiblokken is het energieniveau (valhoogte of trefsnelheid valgewicht) aan te passen aan het type paal (afmeting / gewicht), maar tijdens het heiwerk dient deze niet meer gewijzigd te worden zonder ruggespraak met de constructeur en gemeentelijk toezichthouder;
  • Voor een sondering moet het kalenderen van de paal over de volle hoogte gebeuren (vanaf de 1e draagkrachtige zandlaag). Palen tussen de sondering tenminste kalenderen over het traject waaraan positief schachtdraagvermogen ontleend wordt;
  • Achterblijvende kalenderresultaten zijn zelden het gevolg van wateroverspanning; het naheien geeft in de meeste gevallen een beter resultaat (hogere kalender); het ‘losheien’ van een paal beslaat veelal meerdere kalendertochten voordat de kalender weer een reële waarde krijgt. Maar uiteindelijk kan alleen een nasondering informatie geven over de draagkracht van de paal.

Heien langs belendingen

Om niet voor verrassing komen te staan dient men zich op de hoogte te stellen van de situatie langs een bestaande bebouwing of een toekomstig bouwwerk waarvoor al een vergunning is afgegeven. Rekening dient te worden gehouden met de paalplaatsing in horizontale zin en eventueel in verticale zin (inheiniveau).

Teneinde de kans op schade aan belendingen tijdens het heien te beperken, wordt geadviseerd om:

  • meer palen met een kleinere schachtafmeting en geringere draagkracht in plaats van minder palen met een grotere schachtafmeting en meer draagkracht toe te passen
  • het paalpuntniveau van de te heien palen bij voorkeur niet dieper te kiezen dan het paalpuntniveau van de palen onder de belending.

Ter bepaling van de minimale paalafstand hart- op hart ten opzichte van de palen onder de bestaande belendingen kunnen de in onderstaande tabellen gegeven waarden worden aangehouden. Uitgangspunt hierbij is dat de nieuw in te brengen paal het grondmechanisch draagvermogen van de palen van de bestaande belending niet mag ondermijnen.

Inbrengen paal naar dezelfde zandlaag of hoger dan paal onder belending:

Grondverdringende paal 2,0*Db +2,0*Dn

Inbrengen paal naar dieper gelegen zandlaag dan paal onder belending:

Grondverdringende paal 3,0*Db +3,5*Dn

Toelichting:

  • Dieper gelegen zandlaag: indien qc van de tussenlaag <2,0 Mpa
  • Db= equivalente paalpuntdiameter van de bestaande paal
  • Dn= equivalente paalpuntdiameter van de nieuw in te brengen paal
  • Grondverdringende paal met puntdiameter < of gelijk 110% van de schachtdiameter
  • Avegaarpalen, boorpalen en pulspalen zijn voorbeelden van palen die grond verwijderend zijn; omdat het gebied van Almere bekend staat om zijn variërende ondergrond wordt het toepassen van dit type palen sterk afgeraden, omdat bij installatie van de paal geen controle is of deze met zijn voet in een goede zandlaag is weggezet
  • Indien de plaats van de palen onder de belending niet bekend is, dient te worden gerekend vanaf buitenkant bouwmuur van de belending
  • De paalafstanden in de tabel dienen slechts ter indicatie. De ontwerper van de nieuwe paalfundering en/of de uitvoerende partij blijft/blijven aansprakelijk voor schade die ontstaat ten gevolge van het heien naast de belending
  • Het is belangrijk de eigenaar van de belending ruim van te voren op de hoogte te stellen van de aanvang van het heiwerk, zodat deze in de gelegenheid is om bepaalde maatregelen te (laten) nemen t.b.v. het doen van nul- en eindmetingen, trillingsmetingen en het maken van foto’s van de begin- en eindsituaties.
  • Niet alleen bij verbouwingen van bestaande constructies, maar ook bij nieuwbouw naast bestaande bouwwerken is men onderzoeksplichtig naar de bestaande constructive (van paalfundering tot en met dak), uiteraard zover dat relevantie heeft

Vragen

Mochten er nog vragen zijn dan kunt u altijd contact opnemen met de constructeurs van de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving

Heb je advies nodig of heb je een vraag over een vergunning dan kun je contact opnemen met de constructeurs via de balie Vergunningen, Toezicht & Handhaving.

Je kunt ook persoonlijk langskomen, dit is mogelijk na het maken van een afspraak of tijdens de vrije inloop op dinsdagmiddag, woensdagochtend en vrijdagochtend. Maak een online afspraak of telefonisch via telefoonnummer 14 036 of het contactformulier invullen.

Je vindt de balie Vergunningen, Toezicht & Handhaving op het Ondernemersplein in het stadhuis.

Illustratie Almere skyline
Jouw mening